Audi vijfcilinder 45 jaar: waarom houdt Audi eraan vast

2021-12-17 03:26:02 By : Mr. Raymond Chou

Schrijf je nu in met korting

Kies nu voor een abonnement met korting

Om in te loggen op Mijn AutoWeek moet je akkoord gaan met onze privacyvoorwaarden.

Je leest het in AutoWeek 45 2021

Motoren met meer dan vier cilinders zijn inmiddels ware exoten in Europa, maar bij de compacte RS-modellen houdt Audi nog steeds vast aan de vijfcilinder. Waarom? Dat horen we graag rond het 45-jarig jubileum van de Audi vijfcilinder.

Zien we het goed, 12453? Kunnen we niet meer tellen of is er een geheime code die de redactie over het hoofd heeft gezien? Niets van dat alles: het is de ontstekingsvolgorde van Audi's vijfcilinder, die sinds 2009 steevast in compacte RS-modellen wordt geschroefd. Dat is bijzonder, al was het maar omdat elke relatief grote benzinemotor dat tegenwoordig is. Als de verbrandingsmotor voorgoed van het toneel verdwijnt, zal hij dat ongetwijfeld doen in de vorm van een viercilinder. Ook dure prestatiemodellen hebben steeds vaker gewoon een viercilindermotor onder de motorkap, al dan niet in combinatie met een elektromotor. De toekomstige Mercedes-AMG C63 verruilt zelfs zijn V8 voor een hybride aandrijflijn met een viercilinder, maar in de lagere segmenten is die motorvorm lange tijd het hoogst haalbare geweest. Audi's 2.5 is de enige uitzondering op die regel voor compacte hatchbacks. Omdat een ouder model op zijn laatste benen loopt? Dat mag in het geval van de TT RS het geval zijn, maar intussen duwt Audi terloops een geheel nieuwe uitvoering van de RS3, nog steeds versterkt door de vijfcilinder, de showrooms in. Met 400 pk en 500 Nm is de nieuwste generatie van het blok krachtig, maar dat is niet uniek. De enige directe concurrent van de RS3, de Mercedes-AMG 45 S, is nog krachtiger met 421 pk en hetzelfde aantal in newtonmeters, en dat met een tweeliter viercilinder aan boord. Dat laat de vraag open: wat moet Audi met die vijfcilinder?

Opvallend is de vasthoudendheid van Audi, want ook op andere vlakken blijkt het merk inschikkelijk te zijn als het om snijden gaat. Kijk maar wat er gebeurde met de S6, die in zeven jaar tijd van een heerlijke V10 afdaalde naar een zescilinder diesel. Dan lijkt de stap van een dure vijfcilinder die alleen voor nicheproducten kan worden ingezet naar een veel breder toepasbare viercilinder in alle opzichten logischer en minder ingrijpend. Audi wil dat voorlopig echter niet doen. De officiële reden voor het doorgaans zo zakelijke merk is verrassend: nostalgie. Tijdens het 45-jarig jubileum van de Audi vijfcilinder geeft het merk aan zich zo verbonden te voelen zonder motortype. De vijfcilindermotor maakt deel uit van wat zo mooi het merk-DNA wordt genoemd, net als bijvoorbeeld de singleframe-grille en de quattro-vierwielaandrijving. Dat is best lastig, in een tijd waarin door de opkomst van elektrische auto's de nadruk steeds meer op andere aspecten dan de motor komt te liggen.

Daarom haalt Audi alles uit de kast zolang het kan. Waar de vijfcilinder vroeger vooral een middel was om tot betere prestaties te komen, wordt nu het unieke geluid en karakter van de motor gevierd. Terecht, want het karakteristieke vijfcilinderblok is een unieke beleving geworden in de autowereld.

Audi is niet de uitvinder van de vijfcilinder, omdat concurrent Mercedes-Benz in 1974 iets eerder is. Dat is echter een diesel (en de Mercedes vijfpits is voor het merk Stuttgart ontwikkeld door Ferdinand Piech, die toen zelfstandig ingenieur), dus Audi kan erop vertrouwen dat het de benzine gestookte vijfpits op de markt heeft gebracht. En met succes, het moet gezegd worden. De eerste stap is voorzichtig. Voor de in 1976 gepresenteerde C2-generatie van de 100 was een zescilinder te zwaar en een viercilinder voor het topmodel iets te licht. Het logische gevolg is de niet eerder gebruikte tussenstap, gebaseerd op een bestaande viercilinder. De 2,1-liter injectiemotor levert aanvankelijk 136 pk, maar vanaf 1979 bereikt de motor dankzij een turbo 170 pk in de luxere 200. Ondertussen komt er een kleinere versie en volgt er een diesel, een atmosferische met 70 pk. Naar huidige maatstaven niet veel, maar de tweeliter komt slechts 10 pk te kort in vergelijking met de veel grotere vijfcilinder Mercedes.

Met het begin van een nieuw decennium beginnen ook de hoogtijdagen van Audi's vijfcilinder. Het jaar 1980 brengt de Audi Quattro, die naast de revolutionaire vierwielaandrijving altijd is uitgerust met een vijfcilinder. De 'Ur-quattro' is namelijk het sportieve broertje van de Audi Coupé, de coupéversie van de 80, en later van de 90, het dikkere broertje van de 80. Qua namen was het Audi-gamma een puinhoop bij de tijd, maar de Quattro is de onbetwiste koning van het stel. Met 200 pk is de originele straatversie van de Quattro al serieus vlot, maar in de rallysport zijn alle limieten overboord. Naarmate het decennium vordert, wordt niet alleen het uiterlijk van de WRC-Audi extremer, maar ook de aandrijflijn. De Groep B-voorschriften beperken de cilinderinhoud, maar niet het motorvermogen, dus de Audi-krachtbron wordt naar onmogelijke hoogten geduwd. Audi's 2.1 levert in de begindagen van de sportcarrière al 304 pk. Terwijl de Audi Quattro als Sport Quattro breder en korter wordt, groeit de vijfcilinder, zo bescheiden van formaat, in het WRC uit tot een monster met vermogens die zelfs naar hedendaagse maatstaven ronduit bizar zijn, met vermogens tot 500 pk. Walter Röhrl rijdt zelfs naar de overwinning op de Pikes Peak Hill Climb 1987 met een ongelooflijke 598 pk.

Is dat het hoogst haalbare? Nee, want Audi schreef zich in 1989 ook in voor het GT-kampioenschap van de American International Motor Sports Association, de IMSA GTO-klasse. De deelnemende en regelmatig winnende Audi 90 Quattro IMSA GTO is de absolute top voor de vijfcilinder als het om pure prestaties gaat en levert 720 pk en 720 Nm, uit een cilinderinhoud van slechts 2,2 liter.

Op straat is het logischerwijs wat bescheidener, want ook hier moet de motor intact blijven. De IMSA-racer is gebaseerd op de geheel nieuwe generatie van de 90, het luxere broertje van de derde generatie van de 80 die in 1986 werd gelanceerd. Net als zijn veel vierkantere voorganger produceert de nieuwe 80-serie een coupévariant, maar een auto met de modelnaam Quattro keert niet terug. In plaats daarvan lanceert Audi de S2, het eerste model onder het S-label. De S2 is ook leverbaar als sedan en Avant en levert bij 220 pk een keurige 100 pk per liter. Deze modelgeneratie krijgt echter ook de eer van het eerste RS-model, de RS2 die in samenwerking met Porsche is ontwikkeld. De puur als Avant geleverde über-80 krijgt ook een 2,2-liter vijfcilinder, maar dan met 315 pk. Audi schrijft opnieuw geschiedenis met zijn vijfcilinder, want de RS2 kan gezien worden als de voorloper van de snelle stationwagen.

Met de S2, RS2 en de grotere S4 (gebaseerd op de laatste 100) kunnen we ook stellen dat Audi's sportieve aanbod zijn oorsprong vindt in modellen met de befaamde vijfcilinder, al is die relatie meteen voorbij. De S2 en S4 drogen respectievelijk op als S4 en S6 en schakelen als sportieve broers van de A4 en A6 snel over op V6- en V8-motoren. Ook in de rest van het gamma verdwijnt de benzinegestookte vijfpits van het beeld zodra Audi typeaanduidingen met een 'A' gaat gebruiken. De diesel blijft echter nog even doorstomen. In 1989 is het een vijfcilinder die zich de eerste TDI mag noemen, een 2,5-liter in de laatste editie van de Audi 100. De geheel door Audi ontwikkelde zelfontsteker zal later ook in een hele reeks Volkswagen busjes en zelfs in een aantal modellen van Volvo, dat in 1991 aan een eigen vijfcilinderhoofdstuk begon. Naast hun eigen benzinemotor installeren de Zweden een versie van Audi's diesel 2.5 in achtereenvolgens de 850, S70 en V70 en zelfs de S80, om uiteindelijk vervangen door de in eigen huis ontwikkelde D5-diesel. De Zweden gaan met dit blok zo langer mee dan Audi zelf, dat de vijfcilinder in 1997 in alle vormen uit het assortiment schrapt.

Over en uit? Nee, dat was al duidelijk. De vijfcilindermotor maakte in 2009 zijn glorieuze comeback in de eerste editie van de Audi TT RS. Je zou de TT als compacte coupé (en roadster) kunnen beschouwen als de spirituele opvolger van de oude Coupé (hoofdletter) en Quattro, dus zo gek is die keuze niet. Het is vreemd, of in ieder geval opmerkelijk, dat Audi voor dit model blijkbaar een compleet nieuw blok aan het ontwikkelen is. Afgezien van het magische cilindernummer heeft de moderne TFSI met 340 pk niets te maken met de Audi vijfcilindermotoren van weleer en wordt hij ook voor het eerst dwars in de neus van Audi geplaatst.

Helemaal nieuw blijkt dit blok echter niet te zijn, want Volkswagen gebruikt in Noord-Amerika al een sfeervolle versie van de 2.5 in onder meer de Rabbit (Golf) en Jetta. Daar mogen we de Amerikaanse tak van het merk dankbaar voor zijn, want de EA855 wordt nog steeds in compacte RS-Audis in stevig aangepaste vorm ingebouwd. De motor won van 2010 tot 2014 vijf keer op rij de prijs 'International Engine of the Year' in zijn categorie en levert in zijn nieuwste gedaante nog meer koppel dan voorheen. Het vermogen komt in grote golven vrij en het geluid is, ondanks allerlei emissiebeperkingen, natuurlijker en 'echter' dan wat viercilinderalternatieven doorgaans bieden.

Gelukkig zijn er geen aanwijzingen dat aan dit plezier binnenkort een einde komt. Naast de TT en RS3 zit de betreffende motor ook in de RS Q3, die als compacte SUV in alle andere opzichten helemaal gemaakt is voor deze tijd. Met twee frisse, actuele modellen is het vrijwel zeker dat de krachtbron Abraham zal zien.

Tegen die tijd is het 2026, ruim voordat de verkoop van benzine- en dieselauto's definitief wordt verboden op grond van een EU-voorstel. Toch zullen auto's dat jaar gemiddeld 15 procent minder moeten uitstoten dan nu, en dat terwijl de nieuwe RS3 de 2021-norm van 95 gram per kilometer al met meer dan 100 procent overtreft. Voor de vijfpits zijn de gloriedagen ongetwijfeld verleden tijd, maar helemaal voorbij is het feest nog niet.

Deze week is Marco er weer en vertelt hij over zijn ervaringen met de nieuwe Audi RS 3,...

Audi presenteert een gefacelifte versie van vlaggenschip A8. De veranderingen zijn voornamelijk cosmetisch,...

NB! Deze functie is niet bedoeld om zelf een opmerking toe te voegen. Optioneel kunt u een opmerking toevoegen.

Er is iets fout gegaan. Probeer het later opnieuw of stuur ons een e-mail.

Weet je zeker dat je dit bericht wilt verwijderen?

Er is iets fout gegaan. Probeer het later opnieuw

De discussie is gesloten. Reageren is niet meer mogelijk.

Sedan, cabrio, Avant: de van 2005 tot 2008 geleverde Audi RS4 B7 was leverbaar in alle carrosserievarianten....

Opvallend: vier jaar na de introductie van de huidige Q5 voegt Audi weer een Sportback toe aan de...

© 2021 DPG Media BV - alle rechten voorbehouden